Meer dan vijftig deelnemers kwamen afgelopen donderdag af op het IGOV Kenniscafé over Circulariteit Openbare Verlichting. Daaf de Kok trad op als dagvoorzitter, Hoeflake Infra was gastheer van de bijeenkomst in Hedel. De grote opkomst was een teken aan de wand: circulariteit is een hot iem. De gigantische bevolkingsgroei van de afgelopen decennia zorgt ervoor dat we steeds meer produceren. Dit heeft weer tot gevolg dat de afvalberg groeit, maar ook dat grondstoffen uitgeput raken. Het is duidelijk: we moeten van een lineaire naar een circulaire economie. Dat geldt voor ons allemaal en dus ook voor de openbare verlichting.
Circulariteit is veel meer dan recyclen
Maar wat is circulariteit eigenlijk en wat kan je nu al doen? Beatrijs Oerlemans vertelde in haar inleiding over het onderwerp onder meer over de R-lijst. En of die lijst nu tien of zes elementen bevat (Het Planbureau voor de Leefomgeving is bezig met het doorvoeren van een wijziging), het is duidelijk dat circulariteit veel meer is dan alleen recyclen. Sterker nog: recyclen is bijna het minste wat je kunt doen. Veel beter is het om na te denken over de hoe je de levensduur van producten kunt verlengen of over hoe je het gebruik van grondstoffen kunt verminderen of zelfs voorkomen.
Jochem Mos van
Ecochain legde de aanwezigen meer uit over hoe je circulariteit meetbaar maakt bij de inkoop van bijvoorbeeld armaturen. Tools die je daarbij kunt gebruiken zijn de Levenscyclus Analyse (LCA) en de Milieukosten Indicator (MKI). Het vergt openheid van zaken bij de leverancier, iets wat nog lang niet altijd vanzelfsprekend is. Daar ligt nog een uitdaging. En dat terwijl het niet eens nodig is om alle samenstellingen openbaar te maken. Zolang de meting maar goed uitgevoerd kan worden. Keerzijde is wel dat alleen de leverancier weet wat er precies in zijn producten zit, waardoor alleen hij het product goed kan recyclen.
Verder benadrukte Mos dat recyclen van openbare verlichting niet in kilogrammen gemeten zou moeten worden, omdat dit leidt tot verkeerde keuzes. Het gaat juist om de materialen die je hergebruikt.
MKI bepalen is nog lastig
Na de pauze was het de beurt aan Daaf de Kok, die uitleg gaf over de stand van zaken rond de Milieukosten Indicator. Is het al mogelijk om circulaire openbare verlichting in te kopen met behulp van MKI? Het blijkt dat het in de praktijk nog lastig is om de MKI-waarde van producten te bepalen. Want voor een complete Levenscyclusanalyse heb je niet alleen gegevens nodig van de leverancier, maar ook van de opdrachtgever. Bovendien is lang niet altijd goed te achterhalen wat de eigenschappen van materialen is. Als er bijvoorbeeld aluminium is verwerkt in een product, hoe kom je er dan achter hoeveel procent van het materiaal is hergebruikt? Dit soort zaken is van grote invloed op de MKI-waarde van een product.
Wettelijk verplichte recycling
Hoewel altijd eerst onderzocht moet worden of producten hergebruikt kunnen worden, komt ook aan de levensduur van armaturen en masten een eind. Overheden zijn wettelijk verplicht om deze producten door een gecertificeerde instantie te laten recyclen, vertelde Bart van Kalkeren van
WeCycle. Het is dus niet de bedoeling om de boel naar het oud ijzer te brengen. Het probleem is dat veel overheden de uitname van producten door een aannemer laten doen, maar niet specificeren hoe de producten gerecycled moeten worden. Momenteel wordt gewerkt aan een manier om dit in de bestekken op te nemen.
Meer weten
OVLNL heeft afgelopen jaar een
Leidraad Circulariteit OVL laten opstellen. Dit document is gratis te downloaden voor leden van IGOV.
In de komende editie van Straatbeeld Magazine, die eind april uitkomt, leest u meer over MKI in openbare verlichting én over recycling.